Curvepunten voor vervalcurven definiëren

U kunt curvepunten voor vervalcurven definiëren. Op dit tabblad wordt de conditiescore van het object vastgelegd op een bepaald moment van de levensduur van het object. Dit vindt plaats op basis van jaren, gebruik of een percentage van de verwachte maximale levensduur of het verwachte maximumgebruik.

  1. Selecteer Objecten > Objectrangorde > Vervalcurven.
  2. Selecteer de vervalcurve waarvoor u curvepunten wilt definiëren en klik vervolgens op het tabblad Curvepunten.
  3. Geef de volgende gegevens op:
    Puntwaarde
    Geef een puntwaarde voor het curvepunt op.
    NB

    De Eenheid voor de Puntwaarde wordt gebaseerd op de waarde die is opgegeven bij Type en mogelijk Op basis van periode of Gebaseerd op gebruik in de kopgegevensrecord.

    Conditiescore
    Geef hier de conditiescore voor het curvepunt op.
    NB

    De conditiescore wordt automatisch bepaald als u Markov-ketens gebruikt. U kunt deze waarde overschrijven, zelfs als Markov-ketens zijn gebruikt. Het selectievakje Automatisch gegenereerd wordt in dit geval uitgeschakeld.

  4. Klik op Bevestigen.