Parameters aanmaken voor waarschuwingen.

U kunt parameters of standaardberichten aanmaken voor gebruik in vervangende waarden in grote tekstgebieden, zoals in e-mailberichten, werkorderomschrijvingen en werkorderopmerkingen. Door standaardberichten aan te maken worden deze berichten standaard ingesteld in de hoofdtekst van het e-mailbericht, omschrijving of opmerkingen. Voorbeeld: Voor een e-mailnotificatie kan de tekst er als volgt uitzien: "HVAC-ROOFTOP-01 heeft een temperatuur van 250 graden. Controleer dit object op 15/01/2008." Om te voorkomen dat dezelfde gegevens herhaaldelijk moeten worden ingevoerd, kunt u parameters aanmaken waarmee hetzelfde bericht standaard kan worden ingesteld voor de gegevensspecifieke items die uit het raster moeten worden gehaald. Voor het bovenstaande voorbeeld voert u voor de hoofdtekst van de e-mail het volgende in: "%1 heeft een temperatuur van %2 graden. Controleer dit object op %3."

  1. Selecteer Beheer > Instellen > Waarschuwingsbeheer.
  2. Maak een waarschuwing aan.
    NB

    Waarschuwingen kunnen worden aangemaakt op het tabblad Waarschuwingen werkorders of E-mailnotificaties door te klikken op Parameters aanmaken. U kunt dit pop-upvenster ook openen door te klikken op Parameter aanmaken op dit tabblad.

  3. Klik op Parameter toevoegen.
  4. Geef de volgende gegevens op:
    Parameter
    Voer hier de tekst in die in de tekstgebieden van het e-mailbericht of opmerkingen moet worden weergegeven. Voer % voor parameters in en het nummer van de parameter die moet worden gebruikt.
    Ontvanger
    Selecteer deze optie om de ontvanger op te nemen.
    NB

    Ontvanger wordt niet weergegeven als het pop-upvenster Parameters aanmaken wordt opgeroepen vanaf het tabblad Waarschuwingen werkorders.

    Rasterveld
    Voer hier de rasterkolom in die de waarde vertegenwoordigt die u in het veld wilt vervangen.
    Waarde
    Voer hier de in code vastgelegde waarde in die in het veld moet worden vervangen.
  5. Klik op Bevestigen.
    NB

    Wanneer u Ontvanger selecteert, gebruikt het systeem de resulterende rasterveldwaarde of in code vastgelegde waarde en zoekvak voor de Infor EAM-gebruikerstabel en vervolgens de personeelstabel. Er wordt naar een corresponderende record gezocht. Vervolgens worden de e-mailadressen gebruikt die aan die record zijn gekoppeld en worden deze gebruikt waar de parameter zich in de e-mailsjabloon bevindt. Er wordt vanuit gegaan dat u de werkelijke % parameter op de ontvangersregel van de e-mailsjabloon invoert.