Afsluitcodes instellen
Het systeem kent vier typen afsluitcodes: actiecodes, oorzaakcodes, storingscodes en probleemcodes. Actiecodes beschrijven de stappen die nodig zijn om het probleem te verhelpen, zoals het smeren van de pomp. Oorzaakcodes geven aan waardoor de component of het type component defect raakte, dus de basisoorzaak van het probleem. Storingscodes geven aan wat de reden was waarom het object defect raakte. Probleemcodes geven het waargenomen defect van een bedrijfsmiddel aan, zoals een kraan die lekt of een pomp die warmloopt.
Om afsluitcodes in te stellen moet u het volgende doen: