Onderliggende objecten vervangen

U kunt een onderliggend object in de objectstructuur vervangen door een ander onderliggend object.

Om onderliggende objecten te vervangen moet u het volgende doen:

  1. Selecteer Objecten > Proces > Vervanging onderliggend object.
  2. Geef de volgende gegevens op:
    Bovenliggend object
    Voer hier het bovenliggende object van het onderliggende object in dat moet worden vervangen. De omschrijving en de Organisatie van het object worden automatisch ingevuld.
    Onderliggende objecten
    Voer hier het onderliggende object in dat in de structuur moet worden vervangen. De omschrijving van het object en de velden Organisatie, Status, Klasse, Categorie, Locatie, Afdeling, Producent, Serienummer en Model worden automatisch ingevuld.
    Nieuw object
    Selecteer hier een nieuw object waarmee u het oude onderliggende object wilt vervangen. De omschrijving van het object en de velden Organisatie, Status, Klasse, Categorie, Locatie, Afdeling, Producent, Serienummer, Modelnummer, Magazijn, Bergruimte en Partij worden automatisch ingevuld.
  3. Schakel het selectievakje Retour defecte artikelen in om het onderliggende object als repareerbaar onderdeel aan te duiden.
  4. Schakel het selectievakje Buiten bedrijf/afgevoerd in om het onderliggende object buiten bedrijf te stellen of af te voeren.
  5. Schakel het selectievakje Retour naar magazijn in om het dochterobject naar het magazijn te retourneren.
    NB

    Als u Retour voor reparatie of Retour naar magazijn hebt geselecteerd, voert u Magazijn en Bergruimte in.

  6. Selecteer een van de opties voor de kostendetails:
    Optie Omschrijving
    Kosten structuurwijziging toepassen op bovenliggende entiteit Selecteer deze optie om de kosten van de objectstructuurwijziging op het bovenliggende object toe te passen.
    Kosten structuurwijziging toepassen op onderliggende entiteit Selecteer deze optie om de kosten van de objectstructuurwijziging op de onderliggende objecten toe te passen.
  7. Schakel het selectievakje Nieuwe werkorder aanmaken in om een nieuwe werkorder aan te maken ter vervanging van het onderliggende object.
  8. Geef de waarden op voor Organisatie werkorder en Standaardwerkorder.
  9. Selecteer een van de opties voor de werkorderdetails:
    Optie Omschrijving
    WO aanmaken voor structuurwijziging Selecteer deze optie om de werkorder aan te maken vóór de objectstructuurwijziging.
    WO aanmaken na structuurwijziging Selecteer deze optie om de werkorder aan te maken na de objectstructuurwijziging.
  10. Klik op Vervangen.
    NB

    Als u het dochterobject van de structuur wilt ontkoppelen zonder het door een ander dochterobject te vervangen, klikt u op Ontkoppelen.