Lineair overzicht voor objecten weergeven

Typen lineaire referentie voor objecten weergeven. Het tabblad Lineair overzicht bevat een lijngrafiek voor gegevens die aanwezig zijn op het tabblad Lineaire referenties, inclusief typen referenties, aandachtspunten, gerelateerde objecten en gerelateerde artikelen van de lineaire objecten.

Bij het laden van het tabblad wordt geprobeerd een kaart weer te geven met de geselecteerde kopgegevensobjecten en eventuele gerelateerde objecten. De GIS-module moet zijn geïnstalleerd om de kaart te kunnen weergeven. Alle weer te geven objecten op deze kaart moeten een GISOBJID hebben en geïntegreerd worden met GIS. U dient ook Blok weergeven in Schermontwerp-modus te selecteren. Op het tabblad Lineaire referenties van het object moet het Type worden opgegeven als Gerelateerd object en dient voor het object een Klasse te worden opgegeven. Tevens dient op het tabblad Lineair overzicht de voorkeur In overzicht weergeven geselecteerd te worden.

Om een lineair overzicht voor objecten weer te geven, moet u het volgende doen:

  1. Kies een van de volgende opties:
    • Objecten > Bedrijfsmiddelen
    • Objecten > Posities
    • Objecten > Systemen
  2. Selecteer het bedrijfsmiddel waarvoor u het lineaire overzicht wilt weergeven en klik vervolgens op het tabblad Lineair overzicht.
  3. Klik desgewenst op de vervolgkeuzelijst Voorkeur selecteren om een gebruikersvoorkeur te selecteren voor weergave van het scherm.
  4. Geef de volgende gegevens op:
    Bereikselector
    Klik op de knop Bereikselector en selecteer het bereik dat u wilt weergeven door schuifjes te plaatsen op Beginpunt weergeven en Eindpunt weergeven.
    NB

    Stel dat u het lineaire overzicht van objecten tussen de waarden 50 en 100 wilt bekijken, plaats dan het eerste schuifje op 50 en de tweede op 100.

    Ingangsdatum
    Geef hier de ingangsdatum voor het lineaire overzicht.
    NB

    Deze datum wordt standaard op de systeemdatum gezet. Indien u de ingangsdatum wijzigt, worden Beginpunt weergeven en Eindpunt weergeven vernieuwd.

  5. Het lineaire overzicht voor het geselecteerde bedrijfsmiddel weergeven.
    NB

    Houdt de cursor boven een record om de referentiebeschrijving, het bereik, de ingangsdatums, de inspectierichting, de stroom, het relatietype, het object, de objectbeschrijving, het artikel, de artikelbeschrijving, de artikelconditie en de werkorders weer te geven. Wanneer u de cursor boven werkorders, controlelijsten en inspectieresultaten houdt, worden de eerste 10 velden van de geselecteerde dataspy weergegeven.

  6. Selecteer Inzoomen of Uitzoomen om een kleiner of groter gedeelte van het bereik weer te geven.