Logische meters definiëren

U definieert logische meters door meters te koppelen aan objecten.

Om logische meters te definiëren moet u het volgende doen:

Kies een van de volgende opties:
- Objecten > Bedrijfsmiddelen
- Objecten > Posities
- Objecten > Systemen
- Objecten > Instellingen > Locaties
Selecteer het object waaraan u een meter wilt koppelen en klik op het tabblad Meters.
Klik op Meter toevoegen.

Geef de volgende gegevens op:

Eenheid: Voer hier de eenheid voor de logische meter in.

Type meter

Selecteer een van de volgende metertypen:


Optie	Omschrijving
Onafhankelijk	Selecteer deze optie als u niet wilt dat het object meterstanden doorkrijgt op basis van de meters van bovenliggende objecten met dezelfde eenheid en ook geen meterstanden doorgeeft aan de meters van onderliggende objecten met dezelfde eenheid.
Bovenliggend object	Selecteer deze optie als u wilt dat de meterstanden van dit object worden overgenomen door het onderliggende object. Als er onder-/bovenliggende relaties tussen objecten zijn, voert u de meterstanden voor het bovenliggende object alleen in wanneer u meterstanden toevoegt.
Onderliggend object	Selecteer deze optie als het onderliggende object gebruiksgegevens moet doorkrijgen van een object op een hoger niveau. De eenheid van het onderliggende object moet overeenkomen met dat van de bovenliggende entiteit.
Boven- & onderliggende entiteit	Selecteer deze optie als u wilt dat de meterstanden worden doorgekregen van de meters van bovenliggende objecten met dezelfde eenheid en dat deze meterstanden worden doorgegeven aan de onderliggende entiteiten van het object.

Totaal gebruik: Voer hier het totale gebruik van de logische meter in. Gebruik sinds installatie en Gebruik sinds laatste WO worden automatisch ingevuld.

Gebruik sinds installatie: Geef hier het gebruik op van de logische meter sinds de laatste wijziging in de objectstructuur.

Geschat dagelijks gebruik: Geef hier een schatting van het dagelijkse gebruik op.

Standen voor berekening: Geef hier het aantal standen op aan de hand waarvan het gemiddeld dagelijks gebruik wordt berekend. Het veld Gemiddeld dagelijks gebruik wordt automatisch ingevuld.

Fysieke meter: Voer hier de code van de fysieke meter in, indien aanwezig.

Datum laatste stand: Geef hier de datum op waarop de laatste meterstand is opgenomen.

Schakel het selectievakje Omhoog/omlaag op de meter in om toe te staan dat nieuwe meterstanden lager zijn dan de laatste meterstanden. Als dit selectievakje niet is ingeschakeld, verschijnt er een foutmelding indien u een nieuwe meterstand invoert die lager is dan de vorige meterstand.
Klik op Bevestigen.