Objectrangorden aanmaken

U kunt objectrangorden voor objecten aanmaken.

  1. Selecteer Objecten > Objectrangorde.
  2. Klik op Nieuwe record.
  3. Geef de volgende gegevens op:
    Objectrangorde
    Geef hier een unieke code op voor de objectrangorde en geef in het veld ernaast een omschrijving ervan.
    Klasse
    Geef hier de klasse van de objectrangorde op.
    Type
    Selecteer hier het type objectrangorde.
    Historie traceren
    Als het rangordetype Conditie-index (CI), Kritieke index (CRI) of Prioriteitsindex risico (RPI) is, schakelt u dit selectievakje in om de historie van de objectscore bij te houden die door deze rangorde wordt berekend.
    Conditieprotocol
    Als het rangordetype Conditie-index (CI) is, geeft u het conditieprotocol op voor de objectrangorde, zoals Ouderdom, Conditie-inspectie of op basis van een vervalcurve.

    Als het veld Conditieprotocol is ingesteld op een van de vervalcurven, zoals Ouderdom (DCA), % van ouderdom (DCPA) of % van gebruik (DCPU), geeft u Begin conditiescore, Einde conditiescore en Drempelwaarde conditiescore op.

    Als het veld Conditieprotocol is ingesteld op een van de vervalcurven, zoals Ouderdom (DCA), Gebruik (DCU), % van ouderdom (DCPA) of % van gebruik (DCPU), geeft u Vervalcurve en Drempelwaarde conditiescore op.

    Nauwkeurigheid
    Geef desgewenst het maximale aantal decimalen op waarop de berekende score van de objectrangorde moet worden afgerond.
  4. Schakel desgewenst het selectievakje Niet in gebruik in om de objectrangorde in het zoekvak op het tabblad Object uit te sluiten.
  5. Klik op Record opslaan.