Controlelijstresultaten voor werkorders weergeven en invoeren

U kunt een controlelijst voor een werkorderactiviteit weergeven om de voortgang of uitvoering van de controlelijst te verifiëren. Ook kunt u resultaten invoeren voor een controlelijst voor een werkorderactiviteit. Als u resultaten wilt invoeren voor onderdelen van een controlelijst die is gekoppeld aan de werkorder, moet de status van de werkorder op Vrijgegeven staan.

  1. Selecteer Werk > Werkorders.
  2. Selecteer de werkorder waarvoor u controlelijsten wilt weergeven en klik op het tabblad Controlelijst.
  3. Desgewenst selecteert u de werkorderactiviteit voor het onderdeel van de controlelijst of schakelt u het selectievakje Alle records weergeven in om alle werkorderactiviteitrecords weer te geven die niet als uitgesteld zijn gemarkeerd, maar waaraan een controlelijst is gekoppeld.
  4. Desgewenst selecteert u de betreffende werkorderactiviteit voor het onderdeel van de controlelijst of schakelt u het selectievakje Alle records weergeven in om alle jobrecords van de werkorderactiviteit weer te geven die niet als uitgesteld zijn gemarkeerd, maar waaraan een controlelijst is gekoppeld.
  5. Geef de volgende gegevens op:
    Activiteit
    Voer hier de werkorderactiviteit in waarvoor u controlelijsten wilt weergeven.
  6. Bekijk de gegevens.
  7. Geef resultaten op van de controlelijst op basis van het onderdeel van de controlelijst:
    Voltooid
    Schakel het selectievakje in als het veld Type op Onderdeel controlelijst staat.

    Selecteer Yes of No als het Type Vraag is.

    Voer een waarde in bij Bevinding als het Type Kwalitatief is.

    Voer Waarde in als het Type op Kwantitatief of Meterstand staat.

    Voer een waarde in bij Bevinding of Waarde als het Type Inspectie is.

    Selecteer OK, Benodigde reparatie of Oplossing als het Type OK/Benodigde reparatie is.

    Selecteer Goed of Slecht als het Type Goed/slecht is.

    Selecteer OK of Aangepast als het Type OK/Aangepast is.

    Selecteer OK, Aangepast of Waarde als het Type OK/Aangepaste meting is.

    Selecteer OK of Niet-conformiteit als het Type Niet-conformiteitscontrole is.

    Selecteer OK, Niet-conformiteit of Waarde als het Type Niet-conformiteitsmeting is.

    Notities
    Voer hier eventuele relevante opmerkingen in over de resultaten voor het onderdeel van de controlelijst.
    Laatste occurrence
    Schakel het selectievakje in als de ingevoerde resultaten de laatste occurrence zijn van het specifieke onderdeel van de controlelijst. Deze mogelijkheid geldt alleen voor controlelijstonderdelen die worden herhaald.
    Vervolg
    Selecteer deze optie voor specifieke onderdelen van de controlelijst waarvoor u later vervolgwerkorders wilt genereren.
  8. Klik op Vervolgwerkorder aanmaken om vervolgwerkorders te genereren voor eerder ingevoerde resultaten waarvoor de optie Vervolg is geselecteerd.
  9. Klik desgewenst op Opmerkingen weergeven om opmerkingen weer te geven die betrekking hebben op het taakplan of jobplan van de werkorderactiviteit.
  10. Klik desgewenst op Opmerkingen van controlelijstonderdelen weergeven voor een geselecteerde controlelijstregel om de opmerkingen voor dat specifieke onderdeel van de controlelijst weer te geven.
  11. Klik desgewenst op Documenten weergeven om de documenten weer te geven die betrekking hebben op het taakplan of jobplan van de werkorderactiviteit.
  12. Klik desgewenst op Documenten onderdelen controlelijst toevoegen/bewerken om de aan het geselecteerde controlelijstonderdeel gekoppelde documenten voor controlelijstonderdelen toe te voegen of te bewerken.
  13. Klik desgewenst op Uitgesteld onderhoud aanmaken om activiteiten voor uitgesteld onderhoud te genereren voor eerder ingevoerde resultaten waarvoor de optie Vervolg is geselecteerd en Vervolgwerkorder en Uitgesteld onderhoudsnr. nog steeds leeg zijn. Voor elk geselecteerd controlelijstonderdeel wordt er een activiteit aan de lijst Uitgesteld onderhoud toegevoegd. Zo worden als het controlelijstonderdeel verwijst naar een taakplan, de aan het taakplan gerelateerde gegevens gekopieerd naar de activiteit van het uitgestelde onderhoud.
  14. Klik desgewenst op Gegevens lineaire locatie om locatiegegevens voor lineaire objecten in controlelijsten en inspecties op te geven en aan te passen.
  15. Klik op Bevestigen.