Werkorders genereren

Met behulp van het scherm Werkorders genereren kunt u meerdere werkorders tegelijk aanmaken of bijwerken.

Het scherm Werkorders genereren heeft twee tabbladen: het tabblad Parameters, waarop u de selectiecriteria definieert voor het zoeken van de werkorders voor de batch, en het tabblad Voorbeeld, waarop u een voorbeeld van de werkorders in de batch kunt bekijken voordat ze daadwerkelijk worden verwerkt, en waarop u precies de werkorders kunt selecteren die u wilt verwerken.

Onder Genereeropties kunt u op het tabblad Parameters aangeven op welke manier de werkorders moeten worden verwerkt tijdens het genereerproces. WO's vrijgeven voor vast/variabel PO is standaard geselecteerd, waardoor alle PO-werkorders met het PO-type Vast of Variabel en met de Status Wachtend op vrijgave automatisch worden vrijgegeven. Wanneer u WO's vrijgeven voor vast/variabel PO uitschakelt, worden vaste of variabele PO-werkorders niet automatisch vrijgegeven tijdens het batchgewijs genereren.

Als u vaste/variabele PO-werkorders wilt vrijgeven, worden die werkorders vrijgegeven op basis van hun vervaldatum. Als u een slaapperiode hebt opgegeven voor objecten die aan vast/variabel preventief onderhoud zijn gekoppeld, wordt de vrijgave van het vaste/variabele PO tijdelijk uitgesteld als de vervaldatum van het PO valt in de opgegeven slaapperiode.

De volgende vervaldatum van het vaste PO binnen de slaapperiode wordt automatisch herberekend door steeds de PO-periode op te tellen bij de vervaldatum tot de vervaldatum van het PO groter is dan het opgegeven Einde slaapperiode van het object.

De volgende vervaldatum van variabel preventief onderhoud binnen de slaapperiode wordt herberekend door als nieuwe vervaldatum de dag volgend op het opgegeven Einde slaapperiode van het object toe te wijzen.

NB

Als een slaapperiode aan een PO-object wordt toegevoegd, is dat niet van invloed op eerder aangemaakte of vrijgegeven PO-werkorders.

Indien u aangeeft dat u dubbele PO's wilt vrijgeven, wordt gezocht naar alle PO's die aan de parametercriteria voldoen. Als Uitvoeren op voor het PO-objectrecord is geselecteerd, wordt de berekende Vervaldatum automatisch aangepast op basis van Uitvoeren op. In de maand waarin de standaard berekende Vervaldatum valt, wordt de week van de maand en de dag van de week bepaald door de waarde van het veld Uitvoeren op voor het PO-objectrecord.

Op het tabblad Voorbeeld kunt u alle werkorders bekijken die (op basis van de selectiecriteria) zijn geselecteerd voor verwerking, zodat u werkorders al dan niet kunt selecteren voor het genereerproces voordat de batch werkelijk wordt verwerkt. U kunt afzonderlijke werkorders of alle werkorders in- of uitschakelen voor verwerking.

  1. Selecteer Werk > Proces > Werkorders genereren.
  2. Geef de volgende gegevens op:
    Organisatie
    Geef hier de organisatie op waartoe de werkorder behoort, als u met beveiliging per organisatie werkt.
    Afdeling
    Manager
    Objecten
    Locatie
    Toegewezen aan
    PO
    PO-klasse
    Werkordertype
    Kostencode
    Voer hier een of alle selectieparameters in voor het genereren van de batch werkorders.
    Genereren t/m
    Voer hier de datum in tot wanneer u werkorders wilt verwerken.
    NB

    Laat Genereren t/m leeg als u alle werkorders wilt genereren die aan de opgegeven selectiecriteria voldoen, tot aan de datum van vandaag.

    Werkorderstatus wijzigen
    Selecteer deze optie om de werkorderstatus te wijzigen.
    Actuele WO-status
    Geef hier de huidige status van de werkorder op.
    Nieuwe WO-status
    Voer hier de status in waarin u de huidige werkorderstatus wilt wijzigen.
    WO's genereren voor repareerbare onderdelen
    Selecteer deze optie om werkorders voor repareerbare onderdelen te genereren.
    Magazijn
    Voer hier het magazijn in waarvoor werkorders moeten worden gegenereerd voor repareerbare onderdelen.
    PO-werkpakket genereren
    Selecteer deze optie om PO-werkorders aan te maken voor het bovenliggende object dat in een geselecteerd werkpakket is opgegeven.
    Afdeling
    Voer hier de afdeling in waartoe het werkpakket behoort.
    Werkpakket
    Voer hier de code in voor het werkpakket waarvoor een werkorder moet worden gegenereerd voor het bovenliggende object.
    WO-status
    Geef hier de status van het werkpakket op.
    Periode
    Voer hier de periode in waaronder de PO-werkorders van het werkpakket zijn gegroepeerd.
    Bovenliggend object
    Voer hier het bovenliggende object in waarvoor PO-werkorders moeten worden gegenereerd voor alle onderliggende objecten die in het werkpakket worden weergegeven.
    Werkordertype
    Voer hier het type werkorder van het werkpakket in.
    WO's vrijgeven voor vast/variabel PO
    Selecteer deze optie om bij het verwerken van de werkorderbatch PO-werkorders aan te maken van het type Vast of Variabel. De status van de werkorder voor vast preventief onderhoud wordt vrijgegeven met de status die is bepaald met de installatieparameter WORKWOST.

    Als de installatieparameter ROUTEEOB op Y staat, wordt een Route in een PO-schema opgegeven. Het Route is Vast of Variabel. Vervolgens worden ook DMO-werkorders aangemaakt voor de routeobjecten (zoals wordt aangegeven door de instelling van de installatieparameter MEROUTWO). De DMO-werkorders worden naast de eerste PO-werkorder gegenereerd als de installatieparameter PPMSTAT op R (Vrijgegeven) staat. In de kopgegevens van de PO-werkorders wordt automatisch Meerdere objecten geselecteerd.

    Als de installatieparameter AUTOPMCL op YES staat, worden automatisch alle vrijgegeven werkorders voor klein preventief onderhoud afgesloten wanneer een werkorder voor groot preventief onderhoud wordt vrijgegeven. Als de werkorders voor klein preventief onderhoud die worden afgesloten, werkorders met meerdere objecten zijn, worden ook alle DMO-werkorders afgesloten die zijn gerelateerd aan werkorders voor klein preventief onderhoud.

    In de huidige versie van het systeem worden, als installatieparameter ROUTEEOB=Y, DMO-werkorders aangemaakt wanneer een moederwerkorder voor een op een route gebaseerd PO wordt vrijgegeven.

    NB

    In vorige versies van het systeem (versie 7.9 of eerder) werden, als installatieparameter ROUTEEOB=Y, dochterwerkorders voor de route aangemaakt wanneer een moederwerkorder voor een op een route gebaseerd PO werd vrijgegeven.

    Zie PO-routes en objecten in een route definiëren.

    WO's genereren voor duplicaten van PO's
    Selecteer deze optie om bij het verwerken van de werkorderbatch PO-werkorders aan te maken van het type Duplicaat. De PO-werkorders die bij het batchproces worden aangemaakt krijgen automatisch de status die is ingevoerd voor de installatieparameter PPMSTAT en vervolgens wordt de status van de werkorder vrijgegeven met de status die is ingevoerd voor de installatieparameter WORKWOST.
    NB

    Er worden geen werkorders gegenereerd voor PO's die zijn vergrendeld door een PO-prognosesessie.

    WO's voor repareerbare defecte art. genereren
    Selecteer deze optie om werkorders aan te maken voor repareerbare defecte artikelen die intern worden gerepareerd. Magazijn wordt geactiveerd en is een verplicht veld. Zie Werkorders genereren voor repareerbare defecte artikelen.
    Incl. onderliggende objecten
    Selecteer deze optie om werkorders te genereren voor onderliggende objecten van het geselecteerde Object bij de verwerking van de werkorderbatch.
    Andere werkorders vrijgeven
    Selecteer deze optie om andere bestaande werkorders bij te werken die de opgegeven Actuele WO-status hebben. Actuele WO-status wordt geactiveerd en is een verplicht veld.
    Actuele WO-status
    Voer hier de huidige werkorderstatus in waarvoor bestaande werkorders moeten worden bijgewerkt.

    Als u Andere werkorders vrijgeven hebt geselecteerd en Actuele WO-status hebt ingevoerd, worden wanneer wordt begonnen met het genereren van werkorders, alle bestaande werkorders met de opgegeven Actuele WO-status gezocht en wordt de status ervan bijgewerkt met de waarde die is opgegeven met de installatieparameter WORKWOST.

    Overzicht afdrukken
    Selecteer deze optie om een overzicht op te vragen van alle gegenereerde werkorders na het genereren van de batch.
    Werkorders afdrukken
    Selecteer deze optie om werkbonnen af te drukken voor de werkorders die zijn aangemaakt/bijgewerkt bij de verwerking van de werkorderbatch.
  3. Klik op Verwerken.
    Het tabblad Voorbeeld wordt geopend met daarin alle werkorders die aan de selectiecriteria voldoen.

    Het tabblad Voorbeeld behoudt de instellingen voor Werkorders afdrukken van het tabblad Parameters. U kunt Werkorders afdrukken desgewenst in- of uitschakelen.

  4. Selecteer hier elke werkorder die u wilt genereren in de werkorderbatch. Als dat sneller gaat, kunt u ook elke werkorder wissen die u niet wilt genereren.
    NB

    U kunt alle werkorders in één keer selecteren door op Selecteren te klikken. U kunt alle werkorders in één keer wissen door het selectievakje Selecteren uit te schakelen.

    DMO-werkorders worden niet op het tabblad Voorbeeld weergegeven. De DMO-werkorders worden echter gegenereerd/vrijgegeven als de moederwerkorder met meerdere objecten wordt gegenereerd of vrijgegeven.

  5. Klik op Genereren.
    Voor de geselecteerde records wordt een werkorder gegenereerd. Als er fouten optreden, wordt de record rood en wordt er een foutmelding gegeven in de kolom Foutmelding van de lijst Voorbeeld.

    Het veld Beginpunt, de eenheid en de velden Beschrijving ref. en Geografische ref. en het veld Eindpunt, de eenheid en de velden Beschrijving ref. en Geografische ref. worden automatisch gekopieerd naar de werkorders die worden vrijgegeven voor preventief onderhoud aan lineaire objecten.

    NB

    Als u het systeem zo hebt geconfigureerd dat een elektronische handtekening nodig is als toestemming voor statuswijzigingen in de kopgegevens van werkorders, wordt het pop-upvenster Elektronische handtekening geopend voor elke werkorder in de batch waarvoor een statuswijziging optreedt.