Uitvoeringsparameters voor het datawarehouse instellen
Door de uitvoeringsparameters voor het datawarehouse in te stellen initialiseert u de uitvoeringscontroletabel van het datawarehouse en bepaalt u wanneer het ETL-proces voor het datawarehouse moet worden uitgevoerd en met welke instellingen. U kunt deze instellingen desgewenst ook wijzigen. Verder is het mogelijk een ETL-proces handmatig uit te voeren. Stel parameters in voor een volledige of gedeeltelijke (stapsgewijze) laadprocedure voor gegevens (data load) en/of voor het opschonen van gegevens.
Wanneer u het ETL-proces voor de eerste keer uitvoert, moet u een volledige laadprocedure (full load) uitvoeren zonder fouten. Wanneer alle gegevens eenmaal goed zijn geladen, hoeft u dat niet nog een keer te doen, aangezien het datawarehouse alle gegevens van die volledige laadprocedure (full load) behoudt. Wanneer later opnieuw gegevens moeten worden geladen, kan dat automatisch gebeuren op basis van de instellingen van uw datawarehouse, bijvoorbeeld elke nacht. Deze latere gegevens worden stapsgewijs geladen. Dit houdt in dat er alleen maar gegevens aan de bestaande gegevens worden toegevoegd, doordat alleen de gegevens van na de vorige laadprocedure worden geladen. Dus na een 'full load' wordt Laden vanaf datum automatisch veranderd in de huidige datum (datum van de meest recente laadprocedure). Het Laadtype wordt veranderd in Stapsgewijs. Die parameters hoeft u dus niet zelf aan te passen.
Hoewel stapsgewijs laden inhoudt dat alleen gegevens van na de meest recente laadprocedure worden geladen, wordt ook de tijdsvermelding van de records gecontroleerd, zodat wijzigingen in bestaande historische records of postgedateerde transactiegegevens en dergelijke niet worden overgeslagen.
U kunt altijd een volledige laadprocedure uitvoeren, ook al is het niet per se nodig. Als u Oude gegevens verwijderen selecteert, worden wanneer u een volledige laadprocedure uitvoert, vóór het laden alle bestaande gegevens verwijderd. U kunt dus een volledige laadprocedure uitvoeren om op die manier de bestaande gegevens uit het datawarehouse te verwijderen en vervolgens alle gegevens opnieuw te laden op basis van een nieuwe Laden vanaf datum.
Het datawarehouse bewaart geen historische waarden voor artikelen en magazijnen. In plaats daarvan maakt het datawarehouse een dagelijkse momentopname van de waarde van materialen en voorraad in elke momentopname. Dus wanneer bestaande gegevens uit het datawarehouse worden verwijderd, worden ook de gegevens van niet-historische waarden verwijderd.
Zie Toelichting op historische voorraadwaardering van het datawarehouse.
Na een volledige ETL-laadprocedure moet u het uitvoeringslogboek van het datawarehouse controleren op fouten.
Zie Fouten uit het uitvoeringslogboek van het datawarehouse weergeven.
Voordat u stapsgewijs kunt gaan laden, moet u eerst een volledige laadprocedure hebben uitgevoerd zonder dat daarbij foutmeldingen zijn gegeven. Als er fouten optreden tijdens de volledige laadprocedure, moet u die fouten eerst oplossen en opnieuw alle gegevens laden, net zolang tot er geen fouten meer optreden.