Rangordehistorie voor objecten weergeven

U kunt de rangordehistorie voor objecten weergeven. Op dit scherm kunt u handmatig rangordehistoriegegevens toevoegen en bijwerken.

U kunt ook door het systeem gegenereerde records weergeven. Het selectievakje Door systeem gegenereerd wordt ingeschakeld als aan de record een geldige objectrangorde is gekoppeld.

  1. Kies een van de volgende opties:
    • Objecten > Bedrijfsmiddelen
    • Objecten > Posities
    • Objecten > Systemen
  2. Selecteer het object waarvoor u de rangordehistorierecords wilt weergeven en klik vervolgens op het tabblad Rangordehistorie.
  3. Geef de rangordehistorierecords voor de objecten weer.
  4. Klik op Record toevoegen om een nieuwe objectrangorderecord aan te maken.
  5. Geef de volgende gegevens op:
    Type
    Geef het rangordetype op, zoals Conditie-index, Index kritiek belang, Index vestigingscondities, Betrouwbaarheidsindex of Prioriteitsindex risico.
    Datum
    Geef de datum voor de rangorde op.
    Score rangorde
    Geef de rangordescore op.
  6. Geef desgewenst de volgende gegevens op:
    Rangorde-index
    Geef hier de rangorde-index op.
    Gebruik
    Geef het gebruik op dat aan de rangorde is gekoppeld.
    Metereenheid
    Voer hier de eenheid van het verbruik in.
    Prestaties
    Geef een score op voor de prestaties van het object met een waarde van 0 tot 100.
    Conditiewaarde
    Geef een numerieke score van 0 tot 100 op voor de conditie van het object.
    Beginpunt
    Geef het beginpunt voor de rangorde op, alsmede de omschrijving van de referentie en de geografische referentie.
    Eindpunt
    Geef het eindpunt voor de rangorde op, alsmede de omschrijving van de referentie en de geografische referentie.
    NB

    De velden Beginpunt en Eindpunt kunnen alleen worden opgegeven als het kopgegevensobject lineair is.

  7. Klik op Bevestigen.